DE ZAAK STAMHORST
Op 5 mei 1761 staat Maria lijnrecht tegenover deze Willem van Stamhorst voor de rechter van het Hof van Holland (zie nummer 3141 van het Hof van Holland in het Nationaal archief te Den Haag). Willem was overigens de zoon van de eerder genoemde Geertruyda Gales, de vrouw die zo’n last had van het overlopende rioolwater.
Even een korte familieschets om het beeld helder te krijgen. Geertruyda Gales was getrouwd met ene Willem van Stamhorst senior. Het echtpaar kreeg verschillende kinderen, waaronder een zoon Willem (geboren in 1717). Als haar man jong sterft blijft Geertruyda alleen achter met haar kinderschaar en blijkt ze ook nog eens zwanger. Zes maanden later wordt een gezonde dochter geboren, Wilhelmina.
Uiteindelijk blijven van al haar kinderen alleen Willem en Wilhelmina in leven. Een broer en een zus, die allebei nooit zullen trouwen en de rest van hun leven honkvast blijven wonen in het bewuste huis aan de Keizersgracht waar zij ook jarenlang samen met hun moeder in leefden.
Na het overlijden van Wybrand heeft Maria klaarblijkelijk onenigheid gekregen met Geertruyda’s zoon, Willem van Stamhorst. We horen er pas iets over als het Hof van Holland in Den Haag uitspraak doet.
Het mandaat luidt als volgt (we geven hieronder de complete tekst, omdat we zelf niet helemaal begrijpen wat er staat):
Geeft referentelijk te kennen Maria Boeff weduwe en geinstitueerde Erfgename van wijlen Mr. Wijbrand van Itsma, in zijn Leven ordinaris gedeputeerde ter vergadering van de Hooch Mogende Heeren Staten Generaal der Vereenichde Nederlanden, wegens Provenetie van Vriesland, wonende alhier in den Hage.
Artikel 1. Dat ofschoon aan haar suppliante in hare bovengemelde qualiteit als noch merkelyke pretensien syn competerende [De juridische term “competeren” betekent zoveel als: rechtmatig toekomen].
- Tot Laste van de boedels van wijlen Jan Gales en Lamia Anne van Itsma, in haar Leven suster van wijlen der suppliante overleden man.
- Beyde bereids voor veele Jaaren tot Curaçao overleden.
- De suppliante echter tot haar uijtterste surprise heeft moeten ontwaar worden.
- Dat Willem van Stamhorst wonende tot Amsterdam nu onlangs in het gepasseerde Jaar 1760 heeft konnen goedvinden te vanteren en voor te geven. [Vanteren betekent eigenlijk “pochen, roemen”, maar die uitleg is in dit verband niet geheel duidelijk].
- Dat aan de boedels van voornoemde Jan Gales en Lamia Anna van Itsma noch eenige pretensien tot Laste van wijlen der suppliante voornoemde man souden competeren.
- En specialijk dat onder dezelve ook zoude zijn een Renversael[een tegenakte] wegens een halff huijs staande op den dijk tot Leeuwarden in Vriesland.
- Ter somme van seventienhonderd goud guldens.
- Door wijlen der suppliantes Man voor veele Jaaren benadert.
- En nu in het gepasseerde Jaar door de suppliante in hare bovengemelde qualiteit verkogt.
- En dat daarop noch twee termijnen onbetaald soude zijn.
- Met alle de Interesse daarop zederd den Jaere 1726 verschenen.
- En dat wyders voornoemde Willem van Stamhorst mede heeft konnen goedvinden,
- Den koper van hetzelve Huijs by Missieve te versoeken, [Een missieve is een officiële brief]
- om de kooppenningen van de voorschreve halve huijzinge niet aan de suppliante te betalen.
- Voor en al eer aan denzelven van de afdoening van het voorschreve Renversaal soude gebleken zijn
- Dat de suppliante wel tot hier toe ignoreert
- In wat qualiteit door voornoemde Willem van Stamhorst dezelve praetensien voor rekening van de boedels van wijlen voornoemde Jan Gales en Lamia Anna van Itsma werden gesustineert [sustineren betekent zich beroepen op]
- Dan dat echter de suppliante daaraan ten hoogsten gelegen legt
- Dat dergelijke vantisen [= pocherijen] eenmaals werden afgedaan
Waar omme de suppliante genoodsaakt is zich te keeren tot dezen Hove, ootmoediglijk versoekende UEdele Mogende Mandament, waarbij de voornoemde Willem van Stamhorst belast en bevolen zij omme in sodanige qualiteit als hij sich zal willen adscriberen [= toeschrijven, toeeigenen], wegens zodanige preatensien als door hem voor rekening van de boedels van wijlen Jan Gales en Lamia Anna van Itsma ten Laste van de supplliante in hare bovengemelde qualiteit verder gesustineert zijne actie te institueren voor dezen Hove, als zijnde der suppliante competenten rechter, binnen den tijd van ses weeken eerstcomende, op poene [= op straffe van] dat bij ontstentenisse van dien aan hem, als zich voor het interest van de boedels van de wijlen voornoemde Jan Gales en Lamia Anna van Itsma hebbende bekend gemaakt, sal werden geimponeerd een eeuwig stilswijgen en silentium, als mede te betalen de costen hier omme gedaan, en in cas van oppositie, zijden voornoemde opposant of opposanten dat betekend voor dezen Hove, omme te zeggen de redenen van dien, te aanhoren sodanigen Eijsch en conclusie, als de suppliante tersake voorschreve, ten dage dienende, zal willen doen en nemen, daarjegens te antwoorden, en voorts te procederen, als na rechten.
‘t Welk doende
Misschien helpt het om te vertellen dat dit mandament als volgt in de catalogus van het nationaal archief van Den Haag omschreven staat: Mandament om actie te institueren. Suppliant Maria Boeff, weduwe van Mr. Wijbrand van Itsma, wonende te 's Gravenhage. Tegenpartij Willem van Stamhorst, wonende te Amsterdam. Betreft Verzoek om binnen zes weken bewijs te leveren recht te hebben op penningen waaronder een renversaal. Beschikking van het hof Fiat mandament
Wie uiteindelijk aan het langste eind trok in deze zaak weten we niet. Wel weten we dat Maria vijf jaar nadat ze samen hun ruzie voor het Hof van Holland uitvochten, het huis op de Keizersgracht aan hem verkocht. Het huis waar Willem van Stamhorst toen dus al samen met zijn zus in woonde en waar ze jaren later ook allebei zijn gestorven. Willem in 1772 op de leeftijd van 55 jaar en zijn zus Wilhelmina, nog steeds een oude vrijster, in het jaar daarop. Zij was pas 44 jaar oud.
De overdracht van dit huis op de Keizersgracht regelt Maria op 27 april 1766 bij notaris Lambertus van Alphen binnen ‘s Gravenhagen, waaruit blijkt dat Maria niet alleen ten tijde van het mandament voor het Hof van Holland in 1761, maar ook bij de verkoop van dit huis in 1766 in Den Haag woonde.
Maak jouw eigen website met JouwWeb